TBI Klimaattreinfestival 2024
Origineel artikel door Marc Doodeman, Cobouw | Gepubliceerd op 12 november 2024
Gedreven start-ups en knappe koppen van TBI willen snel af van het vervuilende karakter van de bouw. De 'Klimaattrein-beweging' kwam bij elkaar om te praten over wegwerpgebouwen, installatie-arme huizen, het vernuft van de natuur en het gevaar van blindstaren op houtbouw. 'Potverdorie, ga spullen hergebruiken'.
De bouw maakt er een zooitje van. We bouwen opgeteld elke week een oppervlakte ter grootte van de stad Parijs, waar bergen staal, beton, glas en plastic voor nodig zijn – materialen waarbij veel energie wordt gebruikt voor de productie. Materialen ook waar aardolie aan ten grondslag ligt, bestaande uit toxische stoffen en daardoor minder makkelijk te recyclen.
Thomas Liebrand van incubator Lignitec peperde het er eerder deze maand nog maar even in. Dat deed hij tijdens het Klimaattrein-festival van TBI in Utrecht: “We zijn wegwerpgebouwen aan het bouwen”, stelde hij. “En die gaan vroeg of laat resulteren in heel veel afval.” 375 miljoen ton in Europa elk jaar – concreet: 277 keer per jaar het voetbalstadion De Kuip tot het nokkie gevuld met puin. Begint het al ongemakkelijk te voelen? Dat mag.
Biomimetica
“Dat kan denk ik anders”, aldus Liebrand. De bouw kan veel schoner. “We kunnen inspiratie halen uit de natuur.” Hout? Zeker een mooie oplossing, maar hout heeft ook nadelen. “In het proces van boomstam tot plank gaat gemiddeld 40 procent verloren. Daarnaast zitten er veel transportbewegingen aan vast. Dat komt omdat we in Nederland amper hout hebben.” We hebben wel weilanden; grond waarop natuurlijke vezels te telen zijn, die het bouwmateriaal van de toekomst kunnen worden.
Met de geniale bouwmaterialen van de natuur is waterdicht te bouwen. Liebrand toonde een foto van een blad met daarop een waterdruppel. “Weleens gehoord van biomimetica?” vroeg hij aan de zaal. Wat hem betreft ligt daarin de oplossing voor de 'wegwerpbouw'. Bij biomimetica wordt het vernuft van de natuur geïmiteerd voor menselijke toepassingen. Liebrand: “Door goed te kijken hoe de natuur planten opbouwt en deze bouwstenen te gebruiken, kunnen we opnieuw materialen maken – schone, duurzame, circulaire materialen die technisch niet onder hoeven te doen voor onze bestaande alternatieven.”
Met de afvalmaterialen uit de land- en tuinbouw heeft het bedrijfje al nieuw bouwmateriaal gerealiseerd. De volgende stap is het vervaardigen van een gevelconstructie voor de Green Village in Delft, waarbij zowel het interieur als het exterieur van Lignitec zal zijn.
Nieuwe bouwmaterialen
Liebrands bedrijfje is een van de lichtende voorbeelden die een podium kregen tijdens het Klimaattrein-festival dat plaatsvond in een voormalig NS-gebouw, waar tientallen startups en de Willie Wortels van TBI samenkwamen. TBI beoogt binnen en buiten het eigen bouwconcern een beweging, een community, in gang te zetten die moet leiden tot een radicale verlaging van de CO2-uitstoot door de bouw.
De Klimaattrein van TBI met bestemming Parijs 'rijdt' een kleine twee jaar en begon met een expeditie van TBI-directeuren naar twee gletsjers in Zwitserland: vijf dagen lopen en slapen in een tentje. “Zodat je voelt wat klimaatverandering is”, lichtte Douwe van den Wall Bake, innovatiemanager bij TBI en trekker van de Klimaattrein, toe.
De beweging, zoals hij het omschrijft, is intussen een ware verzameling start-ups en vernieuwingsgezinde TBI’ers. Jaarlijks stelt TBI een fonds van enkele miljoenen euro’s beschikbaar voor initiatieven die impact kunnen maken. Met het festival wil het bouwconcern de innovatiekracht bundelen en zorgen voor een kruisbestuiving. De hoop is dat een vliegwieleffect ontstaat. En eigenlijk wil Van den Wall Bake de buitenwacht ook laten zien dat nieuwe ideeën, nieuwe bedrijven en nieuwe bouwmaterialen een warmer welkom verdienen in de sector en niet verstikt moeten worden in het regelwoud dat de bouw soms is.
Neem het verhaal van Natalie Neary, ontwikkelmanager bij Synchroon, de projectontwikkelingsdochter van TBI. Zij is voorvechter van installatie-arme gebouwen. Van woningen waarin verwarming en koeling niet nodig zijn. “Het mooie nieuws is: het kan”, vertelt ze op het podium. “Met een goede en stevige schil en slimme regeltechnieken. In Oostenrijk is het al toegepast voor huizen en kantoren. “De techniek houdt per ruimte bij hoe warm het is, hoeveel CO2 er omgaat en wat de luchtvochtigheid is. In elk ruimte kunnen kleine raampjes en luikjes open of dicht zodra een van deze drie metingen uit balans is.”
Regelluwe zone
Naar Nederland halen dat soort huizen, zou je zeggen. Dat vindt Neary ook. “Technisch gezien kan het. Kan het met de huidige regelgeving? Dat is een wat moeilijker verhaal. Dat lukt eigenlijk niet.” Je krijgt er geen vergunning voor.
Moeilijk te verteren, vindt ze. “Mensen willen niet veranderen en gaan in de weerstand.” Maar er is hoop. “Mensen weten niet wat ze willen totdat ze zien wat het is. Dat is de reden waarom we het zo graag willen proberen. We zijn op zoek naar ruimte voor experiment, bijvoorbeeld een regelluwe zone.”
Ze is niet de enige in de Utrechtse zaal die harder zou willen lopen. Klaske Postma, oprichter van Van Hier, zou ook graag meer proberen, vertelt ze na de presentaties bij haar stand. Haar bedrijf maakt van natuurlijke reststromen en vezelteelten plaatmateriaal, dat gebruikt kan worden voor bijvoorbeeld wanden en gevels in woningen. Haar hoop is onder meer gevestigd op de houten woningconcepten van TBI.
Tot nu toe zijn de benodigde brandcertificaten een onneembare horde geweest. Met een nieuw bindmiddel hoopt Postma hogere ogen te gooien. Haar investeerders hebben nog wel even geduld, maar het balletje moet nu wel gaan rollen, meent ze. Ondertussen denkt ze haar aandacht wat meer te gaan richten op de meubelindustrie, waar brandcertificaten niet nodig zijn.
Houten eeuw
Met alleen goede wil kom je er niet, vinden ze bij architectencollectief Cityförster. Het Rotterdamse bureau wijst op de gevaren van blindstaren op houtbouw. Zo kun je als gemeente denken duurzaam bezig te zijn door in een Vinex-wijk houten woningen te bouwen. Terwijl het waarschijnlijk klimaatvriendelijker is om duurzame woningbouw te realiseren in stadswijken, legt Valerie Heesakkers van Cityförster uit. Vanwege de dichtheid in een stad maak je veel minder publieke infrastructurele kosten en ligt het autoverbruik lager, becijferden de architecten.
De 'passagiers' van de Klimaattrein denken niet allemaal dat de houten eeuw is aangebroken. Zo maakt TBI stappen met beton met een veel lagere CO2-footprint. “Klimaatvriendelijk beton komt eraan”, werd geroepen tijdens een debat. De realiteit is dat we nog even wat geduld moeten hebben.
Innoveren én opschalen, is het devies volgens de aanwezigen, De uitdrukking 'Stilstand is achteruitgang' kreeg tijdens het debat een nieuwe variant: 'Niet innoveren is traineren'.
Boerenverstand
Maar het gezonde boerenverstand blijft nodig. Een aanwezige maakte mee dat voor een project natuursteen uit China werd gehaald, omdat het dichterbij niet te krijgen was. Daar waren betrokkenen niet trots op. Bleek dat in dezelfde stad een andere bedrijf een grote restpartij van hetzelfde materiaal bezat en daar nog geen bestemming voor had gevonden. Niet te geloven, vond de man. “Ik zou zeggen: niet innoveren, maar potverdorie de spullen gaan hergebruiken.”
Meereizen met de TBI Klimaattrein?
Stap in