Prinsjesdag 2020
Kabinetsplanning voor de bouw- en infrasector: een kritische blik
Prinsjesdag 2020 is inmiddels achter de rug. De kabinetsplannen voor het komende jaar zijn inmiddels redelijk uitgekristalliseerd. Het beeld hierover is gematigd positief. Omdat ook TBI en haar ondernemingen hier mee te maken krijgen, neemt onze voorzitter Bart van Breukelen jullie graag mee in wat deze plannen voor ons én onze sector betekenen.
De belangrijkste markten voor een bouw- en techniekconcern als TBI, waar de Rijksoverheid invloed op uit kan oefenen, zijn de woningmarkt en de landelijke en regionale infrastructuur. Weliswaar zijn in de laatste categorie de diverse gemeenten de opdrachtgever, maar de Rijksoverheid is in belangrijke mate wel medebepalend voor de budgettaire ruimte van deze opdrachtgevers.
Ruimtelijke ordening
Laten we beginnen met de woningmarkt en in het verlengde daarvan de ruimtelijke ordening. Het is buitengewoon belangrijk dat het Rijk weer een actieve en stimulerende rol op zich neemt bij de ruimtelijke inrichting van Nederland. De ruimte in ons land is schaars en diverse functies strijden hierbij om voorrang. Tegelijkertijd verwacht de burger, terecht, dat er zorgvuldig met de beschikbare groene structuur wordt omgegaan.
Woningmarkt
Een van deze functies betreft de woningmarkt. Zeker nu we grotere, aaneengesloten woningbouwlocaties in of aan de randen van de stad nodig hebben. Alleen die grotere locaties kunnen voorzien in de huidige behoefte van betaalbare woningen. Maar we zijn er niet met alleen het bouwen van woningen. Er moet ook ruimte zijn voor infrastructuur, bedrijvigheid, opwekking van duurzame energie en waterberging. Kortom, de vraag naar ruimte is complex en zichtbaar.
Centrale sturing
Centrale sturing op ruimtelijke ordening wordt hierdoor onmisbaar. In dit kader is het goed dat het Kabinet de NOVI, de Nieuwe Omgevingsvisie, heeft gepresenteerd. Maar, om eerlijk te zijn, is de NOVI inhoudelijk wat teleurstellend. Er worden tal van dilemma’s benoemd, maar tegelijkertijd worden er nauwelijks keuzes gemaakt.
Goed nieuws is wel dat het Kabinet aangekondigd heeft de bouw van woningen financieel te willen stimuleren. Met het pakket dat Minister Ollongren begin september aankondigde, wordt hier ook concreet invulling aan gegeven.
Belemmeringen bij infra
Het afgelopen jaar heeft de infrastructuur te lijden gehad onder diverse belemmeringen als stikstof, PFAS en corona. Hier komt bij dat de vooruitzichten de situatie ook niet verbeteren. Al een geruime tijd is de sector in gesprek met Rijkswaterstaat over een structureel probleem; de risico’s in de projecten zijn te groot en de winstgevendheid te laag. Dit leidt ertoe dat de sector vervolgens minder dan wenselijk investeert en haar interesse in het inschrijven op grote projecten vermindert. Grote projecten die voor de bereikbaarheid van én de doorstroming in Nederland zeer belangrijk zijn. Daarnaast dreigen ook gemeenten de komende jaren minder te investeren in infrastructuur als gevolg van budgettaire tekorten die samenhangen met de coronacrisis.
Het naar voren halen van Rijksinvesteringen om te voorkomen dat de sector opnieuw schade leidt door het verlies van essentiële kennis en werkgelegenheid is dus het devies.
In dit kader is het goed om te vernemen dat een bedrag van 1,9 miljard voor onderhoud en vervanging van bestaande infrastructuur naar voren wordt gehaald in de planning. Structureel aanvullend budget voor nieuwe infrastructuur in wegen en openbaar vervoer is echter nog niet beschikbaar gesteld.
Wobke-Wiebes fonds
Door bovengenoemde ontwikkelingen zijn alle ogen inmiddels gericht op het Nationaal Groeifonds, het zogenaamde Wobke-Wiebes fonds. De komende vijf jaar trekt het kabinet in totaal 20 miljard euro uit voor investeringen die bijdragen aan het behouden en vergroten van welvaart. Dit geld wordt ondergebracht in het Nationaal Groeifonds en gaat naar kennisontwikkeling, fysieke infrastructuur en onderzoek, ontwikkeling & innovatie.
Goede ontwikkeling, mits het Rijk oplossingen biedt
En dan nog een hartenkreet van onze kant. Het is positief dat de overheid probeert het investeringsniveau op peil te houden in het belang van de werkgelegenheid en het behoud van kennis in onze sector. Evenals het verlichten van de druk op de woningmarkt, het versnellen van verduurzaming en verbeteren van bereikbaarheid en openbaar vervoer.
Echter is het allemaal zinloos indien het Rijk niet op korte termijn de problematiek rondom de stikstof-uitstoot structureel oplost. Sowieso moet er een eind komen aan het opwerpen van steeds weer nieuwe obstakels, zoals ook PFAS, nieuwe geluidsnormen en de oplopende wachttijden bij de Raad van State inzake vergunningsprocedures.
Gelukkig beschikken onze ondernemingen op dit moment over goed gevulde orderportefeuilles en zijn de vooruitzichten op korte termijn vrij positief. Onze sector is echter laat-cyclisch en we moeten alert blijven op de ontwikkeling van onze werkvoorraad.
Energietransitie
En dan de energietransitie, een belangrijk speerpunt voor TBI. In het huidige tempo zullen de doelen van het Klimaatakkoord helaas niet haalbaar zijn. Het verduurzamen van eigen woningen en corporatiewoningen moet aantrekkelijker worden. Het Kabinet gaat gelukkig investeren in de toekomst van onze energie-infrastructuur, want het nijpende gebrek aan capaciteit in het elektriciteitsnetwerk belemmert de energietransitie nu al.
Coronabeleid
Tenslotte is er nog het coronabeleid. We zien dat de versoepelingen, die de afgelopen maanden van kracht waren, worden teruggedraaid in verband met de toename in besmettingen. Ook onze ondernemingen scherpen om die redenen de maatregelen weer aan. We zullen te allen tijde de gezondheid van alle collega’s en tegelijkertijd de doorgang van onze projecten waarborgen.